We zijn gewend om afstanden uit te drukken in meters of kilometers. En temperatuur in graden Celsius. Zo zijn er ook eenheden voor stroom en elektromagnetische velden.
De
volt is de eenheid voor elektrische spanning. Zo is de spanning op een stopcontact ongeveer 230 volt. Het symbool voor de eenheid volt is de hoofdletter V.
De
ampère is de eenheid voor de sterkte van elektrische stroom. Het symbool voor ampère is de hoofdletter A.
De eenheid
tesla geeft de sterkte van een magnetisch veld aan. Het symbool voor de eenheid tesla is de hoofdletter T.
De sterkte van een elektrisch veld wordt aangegeven in
volt per meter. Afgekort in symbolen is dat V/m.
De eenheid
hertz wordt gebruikt voor de frequentie van periodiek wisselend verschijnselen, zoals wisselspanning (lichtnet), geluidstrillingen, elektronische signalen en elektromagnetisch velden. De eenheid hertz geeft het aantal trillingen per seconde aan. Bij een elektromagnetisch veld geeft het aan hoe vaak het veld per seconde heen en weer wisselt van sterkte en richting. Zo heeft de elektriciteit in huis een veld met een frequentie van 50 hertz. Vijftig keer per seconde wisselt de spanning van +230 volt naar -230 volt en omgekeerd. Ook het elektrische en magnetische veld wisselen 50 keer per seconde heen en weer. Radiogolven van mobiele telefoons hebben een frequentie rond de 2 gigahertz. Het symbool voor de eenheid hertz is Hz.
Vergrotende of verkleinende voorvoegsels
De eenheden kunnen worden voorafgegaan door een vergroot- of verkleinwoord. Zo is 1 kilometer hetzelfde als duizend meter. Of 1 millimeter hetzelfde als één duizendste meter.
Verkleiningen:
voorvoegsel |
letter |
verkleining |
nano |
n |
een miljardste |
micro |
µ |
een miljoenste |
milli |
m |
een duizendste |
Vergrotingen:
voorvoegsel |
letter |
vergroting |
kilo |
k |
duizend |
mega |
M |
miljoen |
giga |
G |
miljard |
tera |
T |
biljoen |
Het elektriciteitsverbruik wordt gemeten in ‘
kilowattuur’ (afgekort ‘kWh’). Het elektriciteitsverbruik van een apparaat bereken je door het elektrisch vermogen van het apparaat (in watt) te vermenigvuldigen met de tijd (in uur) die het apparaat aan staat. Een gemiddeld gezin verbruikt ongeveer 10 kWh per dag (dat is ongeveer 3600 kWh per jaar).
De afkorting ‘kWh’ wordt ook gebruikt om de ‘energie-inhoud’ (ook capaciteit genoemd) van een thuisbatterij aan te geven. Thuisbatterijen hebben een energie-inhoud tussen 3 en 15 kilowattuur. Met een volle thuisbatterij met een energie-inhoud van 10 kWh kan een gemiddeld gezin dus ongeveer voor één dag van elektriciteit worden voorzien. Door meerdere thuisbatterijen te koppelen kun je een grotere energie-inhoud krijgen en dus meer elektriciteit opslaan. Een andere eenheid die bij een thuisbatterij wordt vermeld is ‘
ampère-uur’ (afgekort ‘Ah’). Dit is ook een maat voor de capaciteit, maar deze geeft aan hoe lang een thuisbatterij een bepaalde elektrische stroom kan leveren.