De Netkaart is geactualiseerd omdat betere en actuele gegevens over het hoogspanningsnet beschikbaar zijn gekomen. Hierdoor zijn de indicatieve zones bijna overal anders geworden. Van de 92% hoogspanningslijnen met een andere zone, is 62% smaller geworden en 30% breder. Vooral dat laatste kan vragen oproepen bij bewoners die wonen op een plek waarvan voorheen werd aangenomen dat het buiten de indicatieve zone lag en waarvan daarom de specifieke zone niet is berekend. De nieuwe indicatieve zones zijn vrij ruim genomen, zodat deze altijd groter zullen zijn dan de specifieke zones. De eerder berekende specifieke zones zelf veranderen niet door deze nieuwe Netkaart.
Gemeenten kunnen de indicatieve zones op de Netkaart gebruiken als een eerste inschatting van de specifieke zone. Binnen de specifieke zone is de langdurig gemiddelde veldsterkte waarschijnlijk hoger dan 0,4 microtesla; daarvoor geldt het
voorzorgbeleid van het Rijk om zoveel mogelijk te voorkomen dat kinderen daar langdurig verblijven. Als er bij een nieuw bestemmingsplan of een wijziging van een bestaand bestemmingsplan woningen binnen de indicatieve zone komen te liggen, adviseert de Rijksoverheid gemeenten om de specifieke magneetveldzone te berekenen.
Het rapport bevat een kaart met de locaties waar de indicatieve zones breder of smaller worden. Het bevat geen gegevens over de toename of afname van het aantal woningen binnen de gewijzigde indicatieve zones. Het geeft ook niet aan hoeveel woningen sinds de publicatie van de eerste Netkaart buiten de (naar nu blijkt) te smalle indicatieve zone zijn gebouwd. De beleidsduiding van de ministeries geeft aan hoe gemeenten en provincies met de nieuwe zones kunnen omgaan. Wijziging van de indicatieve zones kan bij omwonenden van hoogspanningslijnen tot vragen of bezorgdheid leiden. Een duidelijke toelichting is voor die bewoners belangrijk. De GGD kan de gemeenten hierin ondersteunen.