Vergelijking magneetveld ondergrondse en bovengrondse hoogspanningslijnen
Wat is het effect op het magneetveld als je eenzelfde hoogspanningsverbinding boven de grond of onder de grond aanlegt? We vergelijken twee overeenkomstige verbindingen, met dezelfde hoeveelheid stroom door de stroomdraden en dezelfde volgorde van de stroomdraden. De meeste ondergrondse kabels bevinden zich op ongeveer 1 tot 2 meter diepte en worden met graafmachines aangelegd. Het magneetveld op stahoogte direct boven een ondergrondse hoogspanningskabel op ongeveer 1 tot 2 meter diepte is sterker dan op stahoogte onder de stroomdraden van een overeenkomstige bovengrondse hoogspanningslijn.
Op wat grotere afstand is het magneetveld van de ondergrondse kabels zwakker dan die van de bovengrondse hoogspanningslijn. De strook waar het magneetveld sterker is dan 0,4 microtesla (gemiddeld over een jaar), is daardoor smaller voor de ondergrondse hoogspanningskabels dan voor de bovengrondse hoogspanningslijn.
In sommige gevallen worden ondergrondse hoogspanningskabels door middel van gestuurde boringen aangelegd. In dat geval liggen de kabels meestal dieper dan 1 of 2 meter, soms op 10 meter of zelfs nog dieper. In dat geval is het magneetveld boven de kabels lager dan wanneer die op 1 of 2 meter diepte zouden liggen. Hoe dieper de kabels, des te groter de afstand tot het maaiveld, dus hoe lager de sterkte van het magneetveld. Bij gestuurde boringen liggen de kabels meestal in een buis dicht tegen elkaar aan. Ook dit zorgt ervoor dat het magneetveld boven de kabels wordt verminderd.
Op wat grotere afstand is het magneetveld van de ondergrondse kabels zwakker dan die van de bovengrondse hoogspanningslijn. De strook waar het magneetveld sterker is dan 0,4 microtesla (gemiddeld over een jaar), is daardoor smaller voor de ondergrondse hoogspanningskabels dan voor de bovengrondse hoogspanningslijn.
In sommige gevallen worden ondergrondse hoogspanningskabels door middel van gestuurde boringen aangelegd. In dat geval liggen de kabels meestal dieper dan 1 of 2 meter, soms op 10 meter of zelfs nog dieper. In dat geval is het magneetveld boven de kabels lager dan wanneer die op 1 of 2 meter diepte zouden liggen. Hoe dieper de kabels, des te groter de afstand tot het maaiveld, dus hoe lager de sterkte van het magneetveld. Bij gestuurde boringen liggen de kabels meestal in een buis dicht tegen elkaar aan. Ook dit zorgt ervoor dat het magneetveld boven de kabels wordt verminderd.
Voorbeeld van typische verschillen in sterkte van het magneetveld op stahoogte (één meter hoogte boven de grond): onder een bovengrondse hoogspanningslijn en boven ondergrondse kabels, die op ongeveer 1 tot 2 meter diepte naast elkaar liggen.
Liggen de kabels dieper, bijvoorbeeld door gestuurde boringen, dan is de sterkte van het magneetveld (de hoogte van de piek in het linker plaatje) lager.
Liggen de kabels dieper, bijvoorbeeld door gestuurde boringen, dan is de sterkte van het magneetveld (de hoogte van de piek in het linker plaatje) lager.